Kerstdiner 2014
Eigenlijk zouden we met de boot weg en onderweg het diner bereiden. Vadertje december, had echter andere plannen. Voorspelling: Harde wind, regen, hagel en nog meer van dat soort weer waar je rillingen van krijgt en liever bij de warme kachel blijft.
Dus toch maar thuis gebleven en dit jaar het diner met ons tweeën georganiseerd, de zoon met zijn gezin had inmiddels de plannen al aangepast.
Allereerst uitzoeken wat we willen eten. Niet te moeilijk en toch lekker, niet te zwaar en niet te uitgebreid, niet teveel wijn en niet te veel andere drank, kortom een dineetje voor twee oudere jongeren met speciale wensen. De trek is niet meer die van een adolescent in de groei, en je wordt wat kieskeuriger. Veel alcohol op de avond resulteert in slecht slapen en nare dromen, waardoor het humeur de volgende dag niet bepaald zonnig is. Een potje ruzie op z'n tijd is niet te vermijden, maar om daar nu op voorhand voor te kiezen als toetje op de tweede kerstdag....
Aan de slag dus. Het opstellen van het menu.
We begonnen groots met een idee voor een Beef Wellington, als hoofdgerecht. Laat dat dit jaar nou net de lievelingsmaaltijd van de gemiddelde Nederlander te zijn. Dachten we origineel te zijn. Kookboeken erbij, internet geraadpleegd en de Allerhande doorgespit. Blijken er duizend variaties te zijn op Beef Wellington, de ene nog ingewikkelder dan de ander. Met parmaham, met seranoham, met kruidenflensjes, met kastanjes, met porcini, met champignons, met of zonder kruiden en ga zo maar door.
Toen we eenmaal een aantal ongeveer dezelfde ingrediënten tegenkwamen in de stoet van recepten die aan ons voorbijtrok, hebben we het belangrijkste ingrediënt, de ossenhaas, aangeschaft na eerst de slager uitgelegd te hebben wat een Beef Wellington is. Althans dat deed mijn geliefde echtgenoot. Met een fraai stuk musculus in de vorm van een uit krachten gegroeide varkenshaas met blozende wangen(het vlees) kwam ze thuis, een zak geld armer.
Toen we na het nodige breed overleg het eens waren over de voorgerechten en het nagerecht hebben we Albert Heijn geplunderd en kon er op kerstochtend aan de 'mis en place' begonnen worden. Dat betekent letterlijk zoiets als dat je alles van tevoren klaar zet. In de praktijk blijkt daar een staartje aan vast te zitten in de vorm van al heel wat van tevoren klaarmaken, zodat je er later niet zo veel werk meer van hebt.
Eerst moest de ossenhaas aangebraden worden, waarbij de discussie waarin gebakken zou worden, zonder dat we vanwege het rondspattende vet daarna aan de grote schoonmaak moesten beginnen, ons zeker een kwartier kostte. Uiteindelijk kozen we, een beetje tegen mijn zin, voor een mengsel van Croma en olijfolie. Omdat het spatten meeviel hebben we ons op een kopje Nespresso getrakteerd.
Het recept zegt,' belangrijk om de ossenhaas te laten afkoelen voordat je verder gaat', dus dat hebben we gedaan. Ondertussen heb ik de champignonprut die om het vlees komt, gebakken. Die mag niet nat meer zijn en dat lukte uiteindelijk na goed afdrogen met een theedoek.
Het lastigste deel moest nog komen. De zweetplekken onder mijn armen wedijverden qua afmeting met die op mijn rug. Welke idioot gaat ook staan koken met een wollen trui en een thermobroek onder zijn pantalon.
De folie uitgespreid op het aanrecht bleek te smal. Twee stukken met overlap loste het probleem op. De seranohamplakjes leken wel aan elkaar vastgelijmd, waardoor het nauwelijks lukte om ze in hun geheel op het folie te leggen. Met de nodige verwensingen en een natte handdoek in mijn nek, belangeloos daar neergevlijd door mijn voor het moment rustige echtgenoot, lukte het min of meer een aaneengesloten tapijtje ham neer te leggen. De afgekoelde paddestoelenprut moest als zacht matrasje dienen voor onder de ossenhaas. Toen ging het fout, de haas paste niet en de prut liep aan de uiteinden langs de folie naar buiten. Zag ik gisteren nog hoe Gordon Ramsey dat achteloos deed, het geheel nonchalant in elkaar draaiend, als was hij de was aan het mangelen.
Uiteraard moet je de folie aan beide kanten de tegengestelde kant op draaien om een stijve worst van de ossenhaas in zijn jasje van paddestoelen met ham te maken. Omdat ik linkshandig ben Nienke rechtshandig, draaiden we ieder aan een kant in dezelfde richting waardoor de stijf opgerolde ossenhaas eerder het uiterlijk verkreeg van een slappe opgeblazen verse worst in een te los velletje. Gelukkig kregen we na wat binnensmondse wederzijdse beschuldigingen door hoe we deze ramp konden keren.
Daar lag hij dan, de naakte Wellington, nog niet voorzien van zijn bladerdeegrokje.
Snel, voordat hij zich zou bedenken zijn stijfheid in te ruilen voor een slappere pose hebben we hem in de koelkast gelegd om bij te komen van zijn geboorte.
Enige uren laten maakten we een tweede kardinale fout.
Om zelf bladerdeeg te maken waren we te lui. De bladerdeeg uit het versvak van AH bleek uitverkocht. Begrijpelijk, de gemiddelde Nederlander had immers hetzelfde bedacht, hoofdgerecht, Beef Wellington. Dus bij gebrek aan beter, Koopmans diepvries bladerdeeg. Nadat het ontdooid was, wierp Nienke zich als een Walkure op het deeg, en mishandelde het met de deegrolller tot het de gewenste afmetingen en dikte had. Gut, wat had ze er een lol in, ik moest haar intomen, anders hadden we met het deeg onze ruim bemeten salontafel kunnen bekleden. De koelkast had de ossenhaasworst goed gedaan, ze was nu min of meer opgestijfd en beter hanteerbaar. Na wat passen en meten was het pakketje ingepakt.
Daar maakten we wederom een fout; Een paar uur wegzetten om het later af te bakken is niet de juiste manier. Het bladerdeeg zoog zich vol met de sappen van de inhoud en het bakresultaat was dat het er van buiten mooi uitzag, maar het deeg was van binnen als een natte dweil. Het geheel smaakte goed maar een Beef Wellington met een knapperig korstje was het niet.
Tenslotte nog het toetje. Foutje nummer vier. Gelatine opgelost in sap klontert als je het mengt met bevroren blauwe bessen. De smaak is goed maar het mondgevoel lijkt op het eten van glibberige inktvis uit de vleesmolen, stukjes gelatine in een sausje.
De ene keer ben je te langzaam de andere keer te snel. Koken is leuk maar het juiste klokgevoel is ons niet aangeboren.
Het was weer mooi, kerst 2014...