14-11-2014
Wat een opwinding! De dag begon zo rustig, een lekkere bakstag-wind, mooi weer en iedereen goedgehumeurd. Ik hoor een schreeuw die zich via een aantal mensen tussendeks voortplantte naar het voordek; 'We hebben beet'. Terwijl ik snel naar achteren loop zie ik de eerste stuurman de lijn inhalen. Het is niet goed te zien wat er aan vast zit tot de lijn vrijwel binnen is. Het is een tonijn, met op zijn flank een tekening van horizontale zwarte lijnen op een lichtere ondergrond. Een prachtig beest van iets minder dat een meter lengte. Hij wordt voorzichtig omhoog gehesen op het achterdek dat inmiddels door matroos Rick is nat gespoten. Het in zijn doodsstrijd sidderende en spartelende beest wordt door twee man in bedwang gehouden.
Het is naar om te zien, hoe de tonijn uit zijn lijden wordt verlost. De tik met een moker op zijn kop blijkt gelukkig snel effectief. We zijn blij met de vangst al kan ik zelf niet helemaal meegaan in de vreugde en voel me licht misselijk bij het zien van de 'moord'. Zonet was hij nog onderdeel van een groep andere tonijnen. In de veronderstelling dat er een lekker hapje op het zeeoppervlak danst, maak je de ongelofelijke fout zelf een hapje te worden door in het plastic aas te bijten.
Het prachtige beest heeft een nare geur bij zich, is dat de geur van de dood? Rick ontfermt zich over hem en neemt hem mee naar de keuken.
We hebben het over sashimi en hoe een tonijn verder bereid moet gaan worden. Ineens zijn er meerdere experts aan boord die de volgens hun beste bereidingswijze doceren. De kok die een voorkeur voor vegetarisch eten heeft, is opvallend rustig onder het hele gebeuren, getuigend van een groot relativeringsvermogen of misschien een subliem vermogen tot het onderdrukken van gevoelens.
Het is een heel werk om de tonijn te fileren. De huid is haast leerachtig en de hele vis voelt stijf en stug. Het donker rode vlees is lastig van de dikke graat en de huid los te snijden. Rick de matroos is er een hele tijd mee bezig.
In de avond hebben we de vis deels rauw als sashimi en deels gebakken bij het diner gegeten.
In stilte dank ik de vis die bepaald niet vrijwillig en zeker onverwacht zijn leven gaf.
We zitten dicht op wat in vroeger tijden normaal was, de jacht op voedsel, doden om te eten en gedood worden om gegeten te worden. In de bar ligt een briefje met een tekst, een overblijfsel van een geliefd spel aan boord: met grote letters staat er 'I am the Murderer'. Waarom zie ik dat briefje nu liggen?
Terwijl ik dit schrijf probeert de zon aan de oostelijke horizon de laaghangende bewolking te doorboren. Nu pas zie ik dat de golven veel hoger zijn dan gisteren. De Chronos heeft er geen moeite mee. Met een gemiddelde van 8-9 knopen hebben we gedurende de nacht weer een flink aantal mijlen van de totale afstand afgesnoept.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten